zondag 10 februari 2013

We spelen een spel vanavond*

Een van de vele collectieve verslavingen van de Phil Kevinfanclub is het kaartspel De Grote Dalmuti. Dat is zo'n beetje als Risk. We weten wanneer we eraan beginnen, maar we weten nooit goed wanneer we ermee klaar zullen zijn.

Ondertussen zijn er ook al enkele kleine probleempjes aan de oppervlakte gekomen. Zowel onze Sportief Directeur als onze Verantwoordelijke voor de Internationale Betrekkingen met de Achtergestelde Gebieden in Oost- en West Vlaanderen hebben een versie van De Grote Dalmuti. Op die manier hebben we altijd wel een versie ervan bij de hand. (Op die ene keer na dat de Verantwoordelijke gezegd had dat hij het zou meepakken, het toch niet gedaan had en de Ambtenaar en ik heel Groot Vilvoorde hebben mogen af crossen om dit spel niet te vinden.)

Vermits zowel de Ondervoorzitter als ikzelf te lui zijn om de spelregels te lezen - ikzelf ben nog redelijk 'oldskool' wat dat betreft: spelregels moeten in het deksel van de doos passen of ik lees ze niet - hebben we ons vertrouwen gelegd in onze Sportief Directeur om de spelregels te lezen en ze dan aan ons over te brengen. Dit leek ons een zeer goed idee. En als het geen goed idee zou zijn tekenen we toch gewoon formeel protest aan? Maar kom, elke gelegenheid die we hebben is goed om dit spel boven te halen en te spelen.

Enter de Ambtenaar...

Toen de Ambtenaar de eerste keer werd uitgenodigd voor een avondje DGD had ze de moeite gedaan om de spelregels op te zoeken en ze te leren. De eerste avond viel echter in het water - dank zij de Verantwoordelijke die ondanks zijn belofte van het spel mee te nemen het toch niet gedaan had - maar de keer erop greep de Ambtenaar haar kans.

Onze Sportief Directeur had ons al die tijd namelijk in het zak gezet. Hij had de spelregels redelijk vrij geïnterpreteerd. Vrije interpretatie, zoals in: totaal verkeerd. Met een hoogoplopende ruzie tussen onze Sportief Directeur en de Ambtenaar tot gevolg. En nu moeten we dus voor elke spel dat we beginnen afspreken volgens welke regels we het spel gaan spelen.

Het spel zelf dan. Waren vrijdagavond aanwezig: de Ondervoorzitter, de Sportief Directeur en zijn eega, de Verantwoordelijke Leergangen. En dan ook nog ons trouwe niet lid, de Ambtenaar en uiteraard ook nog ikzelf.

Eigenlijk waren er verschillende vaststellingen te doen. De vrouwen in ons gezelschap kunnen niet tellen. Telkens wanneer de Ambtenaar of de Verantwoordelijke Leergangen kaarten moesten uitdelen als Grote Dienaar (lees de spelregels om te weten wie dat is) mochten we onze kaarten natellen. Er was altijd wel iemand die er 15 of 17 i.p.v. de voorgeschreven 16 kreeg. Aansluitend hierop viel het op dat we wel heel vaak onze kaarten moesten natellen, omdat het vooral de vrouwen waren die moesten delen. En dus eigenlijk ongelofelijk slecht waren in dit spel.

Echt wel onwaarschijnlijk slecht. Onwaarschijnlijk. Ik zou beschaamd zijn in hun plaats eerlijk gezegd. En dan vooral als ik de Ambtenaar was. Allez ja, ons terechtwijzen op onze foutieve spelregels, maar er dan zelfs niets van bakken. Faut le faire!

Het spelverloop zelf is ook altijd lachen. Enige emotionele chantage van onze Sportief Directeur jegens zijn echtgenote is zeker geen vreemde aan onze tafel. De emoties durven daarbij wel eens hoog op te lopen. En het mag gezegd worden, we speelden tegen een stevig tempo. Het is te zeggen, zolang de Ambtenaar niet Grote Dalmuti was natuurlijk. Want dan kon het wel eventjes duren voor de eerste kaart werd gespeeld.

Een zéér lang tijdje...

Maar na enkele spelletjes hadden we het al door. Wij - de mannen in het gezelschap - waren gewoonweg té goed in het spel. We zaten praktisch altijd met ons drietjes naast elkaar de topposities te verdedigen, en als er dan eens een toevalstreffer was waardoor de Ambtenaar of de Verantwoordelijke Leergangen tot de hoogste echelons van de macht doorstootten, werden ze redelijk rap terug met de neus op de feiten gedrukt.

Vandaar dat ik voorstelde om het op een volwassen manier te regelen en dat de dames maar onder hun twee moesten uitmaken wie van hun nu eigenlijk het slechtste was. Een zwembadje, water en grond, meer hadden we volgens mij niet nodig.

Mijn plan werd afgewezen.

Conclusie: ik was de beste speler van de avond vermits ik maar één keer Grote Dienaar was - en dan nog na een hoogst twijfelachtige beslissing. De laatste ronde ben ik ook als laatste geëindigd, maar vermits het toen toch gedaan was heb ik dus niet meer als Grote Dienaar moeten spelen. En dan telt dat niet meer mee.

Volgende maand is het revanche bij de Ambtenaar thuis.

Het thuisvoordeel gaat haar nog serieus van pas komen!

*Ideetje voor volgende keer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten